Erotiek van de lelijkheid (1): ‘De grove hand met de afgekloven nagels…’

Erotiek van de lelijkheid
De grove hand met de afgekloven nagels heb ik één keer stevig op mijn rug gevoeld, toen ik in de bus mijn evenwicht verloor. Ik had geen idee dat zo’n lelijke hand zo prettig kon aanvoelen. Het had een soort krachtige tederheid. Vanaf die dag ben ik hem met andere ogen gaan bekijken. Heimelijk welteverstaan.
Hij had iets weg van Diego Rivera, de onfris ogende Mexicaanse kunstenaar. Ik had ooit eens een foto van de man gezien. Opvallend waren de uitpuilende paddenogen en de vormloze vlezige mond. Het beeld riep aan de ene kant weerzin bij mij op, maar aan de andere kant fantaseerde ik vreemd genoeg hoe het zou zijn om stevig en lang door die lippen bemind te worden.
Ondanks de ranzige lelijkheid, stond zijn vrouw, Frida Kahlo, trots naast de man. Haar hand bezitterig op zijn dikke buik alsof hij een soort overwinningstrofee was. Ergens begreep ik de vrouw.
De lelijkheid heeft namelijk een mystieke kracht. Het trekt de aandacht en houdt het vervolgens vast. Je blijft kijken of je nu wilt of niet. Het heeft geen zin dit te ontkennen, want elk normaal mens heeft die neiging. De publieke belangstelling voor freakshows door de eeuwen heen is daar het bewijs van. Zelf had ik inmiddels de gewoonte ontwikkeld om bij hem in de buurt te gaan zitten, zodat ik stiekem naar zijn lelijkheid kon gluren.
Met zijn donkere blik op oneindig zat hij zijn tijd uit in de bus. Ondertussen bespioneerde ik hem en ontdekte iedere keer weer iets nieuws wat mijn nieuwsgierigheid en verlangen aanwakkerde. De stevige bovenbenen in de afgedragen broek. Het goed gevulde kruis onder de afstotelijke hangbuik. Het zilveren kettinkje dat af en toe tussen het welig tierende borsthaar tevoorschijn kwam.
De tegenstelling fascineerde mij. Goed uitziende mannen om over te dagdromen waren er genoeg, maar de paradox ontbrak en daardoor had het niet dezelfde lading. Schoonheid is in feite snel verzadigend, terwijl de lelijkheid nimmer verveelt.
Zodra ik de bus instapte ging mijn blik onwillekeurig naar zijn vaste stek op de achterste rij stoelen. Net als alle andere dagen zat hij alleen. De mensen in het gangpad vermeden de grote onvriendelijke reus. Hij zag er eenzaam uit. Lelijk en aandoenlijk. Een gevoel van medelijden maakte zich meester van mij. Ik wist onmiddellijk wat hij nodig had. Ik liep door naar achteren en bleef vlak voor zijn neus staan. Daarmee verbrak ik zijn wezenloze blik en had ik zijn volle aandacht. Met een lichte verbazing volgden zijn ogen mijn handen die traag mijn rok opstroopte.
Toen mijn slipje zichtbaar werd verdween zijn mollige hand met de afgekloven nagels tussen mijn benen. In een reactie spreidde ik ze. Terwijl ik zijn blik vasthield klom ik op zijn schoot en omhulde het kolossale lichaam. Hij hield mijn heupen stevig vast. Nog steeds diep in zijn ogen kijkend wrong ik mijn hand tussen ons in. Ik schoof mijn slipje opzij en wilde zijn broek openritsen, maar hij hield me tegen. Ik besefte niet goed wat er gebeurde. Hij tilde me voorzichtig van zijn schoot en stond op en liep naar de deur van de bus die inmiddels tot stilstand was gekomen.
Hij hield zijn OV- kaart voor het apparaat en daarmee checkte mijn dagdroom uit.
Morgen weer een dag.
buikbeterklaar
Door Idalina Neves
De grove hand met de afgekloven nagels heb ik één keer stevig op mijn rug gevoeld, toen ik in de bus mijn evenwicht verloor. Ik had geen idee dat zo’n lelijke hand zo prettig kon aanvoelen. Het had een soort krachtige tederheid. Vanaf die dag ben ik hem met andere ogen gaan bekijken. Heimelijk welteverstaan.  
Hij had iets weg van Diego Rivera, de onfris ogende Mexicaanse kunstenaar. Ik had ooit eens een foto van de man gezien. Opvallend waren de uitpuilende paddenogen en de vormloze vlezige mond. Het beeld riep aan de ene kant weerzin bij mij op, maar aan de andere kant fantaseerde ik vreemd genoeg hoe het zou zijn om stevig en lang door die lippen bemind te worden.
Ondanks de ranzige lelijkheid, stond zijn vrouw, Frida Kahlo, trots naast de man. Haar hand bezitterig op zijn dikke buik alsof hij een soort overwinningstrofee was. Ergens begreep ik de vrouw.
De lelijkheid heeft namelijk een mystieke kracht. Het trekt de aandacht en houdt het vervolgens vast. Je blijft kijken of je nu wilt of niet. Het heeft geen zin dit te ontkennen, want elk normaal mens heeft die neiging. De publieke belangstelling voor freakshows door de eeuwen heen is daar het bewijs van. Zelf had ik inmiddels de gewoonte ontwikkeld om bij hem in de buurt te gaan zitten, zodat ik stiekem naar zijn lelijkheid kon gluren.
Met zijn donkere blik op oneindig zat hij zijn tijd uit in de bus. Ondertussen bespioneerde ik hem en ontdekte iedere keer weer iets nieuws wat mijn nieuwsgierigheid en verlangen aanwakkerde. De stevige bovenbenen in de afgedragen broek. Het goed gevulde kruis onder de afstotelijke hangbuik. Het zilveren kettinkje dat af en toe tussen het welig tierende borsthaar tevoorschijn kwam.
De tegenstelling fascineerde mij. Goed uitziende mannen om over te dagdromen waren er genoeg, maar de paradox ontbrak en daardoor had het niet dezelfde lading. Schoonheid is in feite snel verzadigend, terwijl de lelijkheid nimmer verveelt.
Zodra ik de bus instapte ging mijn blik onwillekeurig naar zijn vaste stek op de achterste rij stoelen. Net als alle andere dagen zat hij alleen. De mensen in het gangpad vermeden de grote onvriendelijke reus. Hij zag er eenzaam uit. Lelijk en aandoenlijk. Een gevoel van medelijden maakte zich meester van mij. Ik wist onmiddellijk wat hij nodig had. Ik liep door naar achteren en bleef vlak voor zijn neus staan. Daarmee verbrak ik zijn wezenloze blik en had ik zijn volle aandacht. Met een lichte verbazing volgden zijn ogen mijn handen die traag mijn rok opstroopte.
Toen mijn slipje zichtbaar werd verdween zijn mollige hand met de afgekloven nagels tussen mijn benen. In een reactie spreidde ik ze. Terwijl ik zijn blik vasthield klom ik op zijn schoot en omhulde het kolossale lichaam. Hij hield mijn heupen stevig vast. Nog steeds diep in zijn ogen kijkend wrong ik mijn hand tussen ons in. Ik schoof mijn slipje opzij en wilde zijn broek openritsen, maar hij hield me tegen. Ik besefte niet goed wat er gebeurde. Hij tilde me voorzichtig van zijn schoot en stond op en liep naar de deur van de bus die inmiddels tot stilstand was gekomen.
Hij hield zijn OV- kaart voor het apparaat en daarmee checkte mijn dagdroom uit.
Morgen weer een dag.
—-
Dit verhaal is een van de vijf winnende inzendingen van de schrijfwedstrijd ‘Erotiek van de lelijkheid’.